Skip to main content

Boetes en herstel bij aangiften omzetbelasting

Dure aangelegenheid

Er zijn verzuimboetes en vergrijpboetes. Vergrijpboetes worden opgelegd als aangiften bewust te laag worden ingediend en betaald. Verzuimboetes worden opgelegd als aangiften niet tijdig worden ingediend of worden betaald. Wanneer worden ze opgelegd? Verzuim- en vergrijpboetes worden opgelegd wanneer de belastingdienst het beboetbare feit constateert. Wanneer je echter zelf constateert dat er bij je aangifte iets fout is gegaan kun je een boete voorkomen door tijdig een zogenaamde suppletie-aangifte in te dienen. Een suppletie-aangifte is eigenlijk gewoon een verbeteringsaangifte. Het helpt niet om een suppletie-aangifte in te dienen als je vermoed dat de belastingdienst de fout al heeft ontdekt, of wanneer de belastingdienst een boekenonderzoek heeft aangekondigd. Dan ben je gewoon te laat.

Grenzen aan de suppletie

Een suppletie-aangifte voorkomt een verzuimboete wanneer: het bedrag van de verbetering is kleiner dan € 20.000, of het bedrag van de verbetering is minder dan 10% van het eerder betaalde bedrag op aangiften.

De hoogte van een verzuimboete

Wanneer het bedrag van de verbetering groter is dan € 20.000 of groter dan 10% van het eerder afgedragen bedrag, bedraagt de verzuimboete 5% met een maximum van € 4.920. Hiervan kan de inspecteur afwijken wanneer strafverminderende omstandigheden kunnen worden aangevoerd.

De hoogte van een vergrijpboete

De vergrijpboete kan 25% of 50% van de bij te betalen omzetbelasting bedragen, al maar gelang er sprake is van grove schuld of opzet. De belastingdienst kan daarvan afwijken, naar boven en naar beneden. Grove schuld is een in laakbaarheid aan opzet grenzende mate van verwijtbaarheid en omvat ook grove onachtzaamheid. Het ligt dicht tegen opzet aan, maar wordt met 25% nog net iets milder beboet dan opzet. Opzet en voorwaardelijke opzet wordt beboet met 50%. Voorwaardelijke opzet is het handelen of nalaten daarvan met het willens en wetens aanvaarden van het risico dat er te weinig of te laat omzetbelasting wordt betaald. Voorwaardelijke opzet wordt beboet als opzet.

De rol van de adviseur

Het hebben van een belastingadviseur is geen rechtvaardiging voor het maken van fouten die als grove schuld of opzet kunnen worden gezien. Je blijft als zelfstandige verantwoordelijk voor je eigen handelen. Een goed adviseur zal je daarom waarschuwen en voorstellen een verbeteringsaangifte te doen. Ook de adviseur kan door de belastingdienst grove schuld en opzet worden verweten, en daarvoor beboet worden. Het belang van het waarschuwen van de cliënt is dus voor de adviseur zelf net zo groot als voor zijn of haar cliënt.