Vrijgestelde prestaties (o.a. door paramedici)
Wanneer zijn leveringen of diensten van omzetbelasting vrijgesteld? Het lijkt simpel.
Leveringen en diensten zijn in beginsel belast met omzetbelasting, tenzij de wetgever heeft bepaald dat ze zijn vrijgesteld.
De wetgever, het parlement, heeft sommige leveringen en diensten vrijgesteld, omdat daarmee belangrijke politieke en sociaal-economische gediend worden. Dat zijn bijvoorbeeld medische verrichtingen, verzorging en verpleging, of onderwijs aan scholen. Ook sociale en culturele activiteiten en diensten door sportverenigingen zijn vrijgesteld. Journalisten, schrijvers en componisten zijn vrijgesteld voor hun activiteiten.
Het kenmerk van deze prestaties is dat ze beschouwd worden als zó belangrijk voor het welzijn van ons land en zijn bevolking dat de prijs die ervoor moet worden betaald niet mag worden verhoogd door het heffen van omzetbelasting. Je kunt over de keuzes voor deze vrijstellingen van mening verschillen, maar er is gelukkig een parlement dat die keuzes maakt, en de keuzes zo nu en dan ter discussie stelt.
Zijn de leveringen of diensten vrijgesteld, of wie de levering of dienst verricht?
In beginsel zijn de leveringen en diensten vrijgesteld. Het gaat niet om degene die ze uitvoert. Dit onderscheid is van belang, omdat daarmee moet worden voorkomen dat concurrentieverhoudingen worden verstoord. Dezelfde prestatie mag niet bij de ene dienstverlener belast zijn en bij de andere dienstverlener vrijgesteld zijn. In de praktijk werkt dit niet altijd feilloos, omdat je van mening kunt verschillen of een prestatie van de een anders is dan die van de ander.
Het verstrekken van onderwijs is een goed voorbeeld. Veel zelfstandigen geven een vorm van onderwijs en training en worden daarvoor betaald. Net als een school die dezelfde dienst uitvoert. De vergoeding is vrijgesteld als aan de inhoudelijke eisen daarvoor voldaan wordt. Ongeacht wie het onderwijs geeft, geldt de onderwijsvrijstelling voor wettelijk geregeld onderwijs en voor kortlopend beroepsonderwijs.
Maar voor therapeutische behandelingen die door zowel medici als paramedici worden verricht is het minder duidelijk en consequent. De wetgever in Nederland maakt daarbij wèl onderscheid en wordt geregeld op de vingers getikt door de Europese Commissie omdat paramedici niet beschouwd worden als gelijkwaardig ten opzichte van medici. De Europese Richtlijn schrijft echter voor dat niet de uitvoerder moet worden beoordeeld, maar de prestatie.
De wet op de omzetbelasting kent vele vrijstellingen. In onze cliëntenkring zijn de meest voorkomende vrijgestelde prestaties:
- psychologisch consult
- onderwijs en training de diensten van een gezondheidszorgpsycholoog
- journalistiek
- Het publiceren van wetenschappelijk werk
- het werk van auteurs
- het geven van lezingen over kunst
- fysiotherapeutische behandelingen
- bevallingen
- componeren
Vrijstelling voor medische handelingen
De omzetbelastingwetgeving kent een vrijstelling voor medische handelingen. Die is echter voorbehouden aan mensen die zijn ingeschreven in het zogenaamde BIG-register voor medici en paramedici. Een paramedicus is iemand die medische handelingen verricht, maar geen arts is. Medische handelingen zijn vrijgesteld als ze zijn gericht op de gezondheidskundige verzorging van de mens, zegt de Europese Richtlijn.
Onder het doel van gezondheidskundige verzorging van de mens valt niet alleen instandhouding of herstel van de gezondheid, maar ook diagnose en preventie. Maar er valt bijvoorbeeld niet onder: sport- of rijbewijskeuring, een cosmetische behandeling alleen ter verfraaiing van je uiterlijk, medisch onderzoek voor verzekeraars, relatietherapie, of verwantschapsonderzoek.
Het onderscheid in belastbaarheid van prestaties zou dus moeten zijn gebaseerd op de vraag of de handeling gericht is op de gezondheidskundige verzorging van de mens. De regering heeft echter het standpunt dat de btw-vrijstelling alleen is voorbehouden aan medici en paramedici die deze gezondheidskundige handelingen verrichten, maar tevens zijn ingeschreven in de zogenaamde BIG-registers. Die inschrijving is mogelijk wanneer je aan bepaalde opleidingseisen kunt voldoen.
Veel 'niet-reguliere' of ook wel 'complementaire' of 'integrale' geneeskundigen krijgen deze inschrijving niet. Ze kunnen dus geen vrijstelling van omzetbelasting krijgen. Ook al voldoen ze aan de definitie van de Europese Richtlijn.
Daarover is dus veel discussie. Inmiddels zijn we na wat fiscale rechtszaken zover dat er wordt bezien of de handelingen van een medicus of paramedicus die ingeschreven is in het BIG-register, een wezenlijk deel uitmaakt van zijn of haar deskundigheid die op grond van de wet BIG vereist is, of dat dit niet zo is. Als een wezenlijk deel van het consult wordt bepaald door 'niet-reguliere' behandelmethoden is er geen vrijstelling mogelijk. Als de 'niet-reguliere' aandacht ondergeschikt is aan de reguliere inzet van de medicus, zijn alle handelingen van arts vrijgesteld van omzetbelasting.
Daarom vallen de activiteiten van enkele arts-acupuncturisten, chiropractoren, en artsen die zich concentreren op niet-reguliere diagnoses en daarna hun patienten verwijzen naar 'regulier' werkende medici inmiddels ook onder de vrijstelling. De uitvoering van de omzetbelastingwet verschuift dus onder invloed van rechtspraak langzaam in de richting van de btw-vrijstelling voor activiteiten door 'complementaire artsen.
Dat verschil in behandeling voor de omzetbelasting hebben we altijd al raar gevonden. Of een economische prestatie belast is of niet zou principieel af moeten hangen van de aard van de prestatie. Alléén in deze gevallen hangt het af van de kwalificatie van degene die de prestatie levert.
Intussen heeft de belastingrechter steeds meer bressen geslagen in deze afwijkende regelgeving omdat die in strijd is met de Europese Richtlijn. De overheid is nu bezig om hierop nieuwe regels te creëren maar dat zal nog wel wat tijd vergen.
Inmiddels adviseren wij de paramedici in onze cliëntenkring om volgens de huidige regelgeving de aangiften omzetbelasting te blijven doen, en tegelijkertijd bezwaar te maken tegen de eigen aangifte.
Belangrijk is het om daarover vooral contact op te nemen met de eigen beroepsorganisatie. Want alleen die kunnen op gelijk niveau met de minister overleggen en tot uitwisseling van relevante informatie komen.
-
Meer Journalisten, schrijvers en bijzondere beroepen
-
Schrijvers en omzetbelasting
-
Schrijvers en inkomstenbelasting
-
Journalistiek en omzetbelasting
-
Journalistiek en inkomstenbelasting
-
Vergoedingen voor lidmaatschap van adviescommissies
-
Royalty's
-
Omzetbelastingplicht